Als je het hebt over de mooiste dorpen op Fuerteventura, dan mag Betancuria zeker niet ontbreken. Deze voormalige hoofdstad van het eiland wordt als het allermooiste dorp op Fuerteventura beschouwd.
Het plaatsje werd rond 1405 door de Franse ontdekkingsreiziger Jean de Bethencourt gesticht. De plaatsnaam is van hem afgeleid. De voormalige naam Santa María de Betancuria is in de loop der jaren veranderd naar kortweg Betancuria.
Op het moment dat je door in het historische hart van Betancuria wandelt, dan kun je verschillende gebouwen zien die er al staan sinds de vijftiende eeuw. Feitelijk is dit niet helemaal correct: het gaat om gebouwen die na de Berber-invasie van 1593 herbouwd zijn. Tijdens deze door Xabán Arráez geleide aanval is Betancuria vrijwel helemaal met de grond gelijk gemaakt. Het in 1416 gebouwde Franciscaanse klooster van San Buenaventura is niet meer herbouwd.
Gelukkig kun je de kenmerkende Iglesia de Santa María de Betancuria nog helemaal in zijn oude glorie zien staan en is het schattige stadhuis bewaard gebleven. Rondom het historische centrum is Betancuria uitgebreid, maar het is nooit uitgegroeid tot een grote drukke stad. Dat is vooral te danken aan het feit dat Betancuria zijn status van hoofdstad van het eiland in 1834 verloor aan het noordelijker gelegen La Oliva. Pas in 1922 werd Puerto del Rosario de hoofdstad van Fuerteventura.
Eigenlijk is Betancuria verplichte kost als je een rondje over het eiland gaat rijden. Het kan niet anders dan dat je betoverd zult geraken door de schoonheid. De ligging op zo’n 395 meter hoogte in de Betancuria-vallei draagt daar zeker aan bij. Omdat vrijwel alle excursie-aanbieders Betancuria in hun programma opnemen, kan het vrij druk zijn in Betancuria. Wil je de drukte ontlopen? Probeer Betancuria dan ’s morgens voor half tien te bezoeken of ga pas aan het einde van de middag. Overdag is het niet alleen drukker in het dorpje zelf, het kan als je met een huurauto komt dan ook lastiger zijn om een parkeerplekje te vinden.
Goed om te weten is dat de poort van het stadhuis tegen twee uur in de middag sluit, dat je om de kerk van binnen te bezichtigen entreegeld moet betalen en dat de meeste restaurants in Betancuria niet zeven dagen per week geopend zijn. O ja, door de ligging in het binnenland kan het in de zomer warmer zijn dan aan de kust en is het klimaat hier iets minder droog.