In het zuidelijkste deel van de Belgische Ardennen in de provincie Luxemburg ligt het dorpje Villers-devant-Orval. Dit deel van België staat ook wel bekend als de Gaumestreek de rivier de Marche stroomt hier doorheen.
Villers-devant-Orval is een oud dorpje dat tijdens de Tweede Wereldoorlog grotendeel werd verwoest. Slecht enkele oudere huizen hebben deze oorlog overleefd. Het dorp dankt zijn naamsbekendheid aan de Abdij van Orval die hier net buiten het dorp ligt. In het dorp zelf is niet veel te beleven, er staan een paar mooie oude huizen en op de weg naar de Abdij vind je enkele restaurants en een prachtige oude herenboerderij.
De Abdij de Orval of zoals men officieel zegt Abdij Notre-Dame d’Orval is een oude cisterciënzerabdij. De eerste monniken leefden hier al in de elfde eeuw maar men spreekt pas sinds de dertiende eeuw over de Abdij de Orval. In de loop der eeuwen is de abdij meerdere keren verwoest en herbouwd dit gebeurde voor het laatst in de jaren ’30 van de vorige eeuw. Tegenwoordig is de Abdij een populaire attractie in de Ardennen. De aanblik van het klooster als men aan komt rijden is de tocht al meer dan waard. Van buitenaf doet het al erg imposant aan. Je kunt hier als toerist zijnde een kijkje nemen in een gedeelte van het klooster.Tijdens de wandeling door het klooster wordt er doormiddel van borden het één en ander uitgelegd. Een groot gedeelte van de abdij kun je echter niet betreden als dagtoerist. Dit kan wel als je besluit te overnachten in de Abdij. Je moet je dan echter wel houden aan de strenge regels van de cisterciënzerabdij. In de winkel bij het klooster is natuurlijk het Orval bier en de bijbehorende kaas te verkrijgen.